#indetaxi #denkertje #verkouden
Een frisse winterochtend. koude wind. Rillend, wegkruipend in mijn kraag bel ik aan bij jochie. De deur gaat open. “Goedemorgen!”, begin ik opgewekt, zoals iedere ochtend.
Ons altijd zo wakkere en heldere jochie, reageert stilletjes: “hooooooooi”, klinkt het zachtjes. Hij trekt de deur rustig achter zich dicht, loopt een paar passen en staat stil. Kijkt me half aan “Goede……. “ en kijkt weer weg. “… morgen”, vul ik gedachten aan. Ik zie een jochie met naar binnen gekeerde ogen, de blik ver weg ook.
We lopen een paar passen verder. En staan weer stil. Ik kijk eens goed naar ‘m. Ik kan als het ware het raderwerk in zijn hoofdje zien én horen werken. Ik vraag voorzichtig: “hoe is het met je?”
Geen antwoord.
We lopen weer twee stappen en staan stil.
Hij gaat rechtop staan en kijkt me aan: “weet je chauffeur?” Stilte.
“Zeg eens”, nodig ik hem uit. Ondertussen al wel nieuwsgierig naar wat er in dat hoofdje omgaat.
“Weet je, chauffeur, ik geloof dat ik een soort van verkouden ben of zoiets.” Het komt er aarzelend uit. Ik vraag hem hoe hij daar zo bij komt, waarom hij dat denkt. Bedachtzaam klinkt het: “nou, ik moet veel hoesten, en soms ook niezen, ik heb een snotneus en soms klinkt mijn stem heel raar ineens!” Een paar blauwe ogen kijken mij vragend aan.
Ik antwoord dat dat volgens mij betekent dat hij echt verkouden is. “Echt waar?” “ja, jochie, je bent echt verkouden.” Hij kijkt me aan, een heldere blik nu. “O, oke.”
En springt vervolgens opgewekt en kletsend als altijd de bus in.